WG-plein 281

Op het WG-terrein sinds 1988

Ik had voorkennis. Om de hoek van de Inn ontmoette ik een mede-oasebewoner, die zei: 'Jeroen is een moordkerel'.
Niet veel later zitten we er binnen, met uitzicht waar het om gaat: twee grote, witte tapijten. Onder een verstelbare hellingshoek kunnen ze draaien en zo ontstaat, midden in de stad, een afdaling zonder einde. Vanaf die twee 'bergen' heb je uitzicht op de bar. Je skiet er alsmaar naartoe, maar je komt er nooit, zolang die witte ondergrond blijft draaien. Een moderne variant van de klassieke 'tantaluskwelling'. Althans, voor de dorstigen onder ons.




Tegenwoordig zijn degenen die alleen voor het skiën komen in de meerderheid, vertelt Jeroen, de baas. Het echte clubgevoel van vroeger is er alleen nog bij bepaalde groepjes die komen op vaste tijden. Wat dat betreft is de Ski-Inn een afspiegeling van de wereld buiten: alles wordt individualistischer. Minder gezellig.
Maar met Jeroen van Moort is het al meteen gezellig genoeg. Goedlachs en gewapend met een uitstekend humeur vertelt hij hoe het allemaal zo is gekomen.
De Ski-Inn is gevestigd in een wat verborgen uithoek van het AOC-gebouw, in een ruimte die dienst deed als collegezaal. Een soort mini-theater was het, waarbij de studenten konden neerkijken op het toneel, met chirurgische patiënten in de hoofdrol.
Na de verhuizing van het ziekenhuis kwamen twee Amsterdammers op het lumineuze idee die hoge ruimte te benutten voor een skibaan. Jeroen, uit het prima sneeuwjaar 1970, was er met zijn vader als de kippen bij. Als enthousiaste klant.
Zelf komt hij uit een 'onroerend goede familie', maar in 1995 vertrekt één van de skibaanpioniers en komt Jeroen erbij. Sinds 2017 drijft hij de zaak alleen en blijft daarnaast ook nog onroerend bezig.
Hij serveert zowaar echte illy-koffie en tiptopthee. Dat soort kwaliteit hadden we niet verwacht. Hier, in het WG-hooggebergte, rekenden we eerder op glühwein en andere drinkbare winterpret. Maar de meeste klanten hebben daarvoor geen tijd. De pistes gaan in het hoogseizoen zelfs al open om zeven uur 's ochtends, voor 'pre-office' kantoorklanten.




Trainen op een indoorbaan voor je echt naar de bergen gaat is een heel goed idee. Door op die manier sportspecifiek je spieren te versterken verklein je de kans op blessures. Of een gipsvlucht. En door vooraf aan je techniek te werken voorkom je dat het skiën pas wat wordt als je weer naar huis moet. Daarnaast is de rolbaan de veiligste manier om het skiën te leren. En het lawinegevaar is beperkt.
Jeroen is zelf een zeer ervaren ski- en snowboardleraar en heeft daarnaast andere leraren in dienst, die aan hoge eisen moeten voldoen. Hij legt uit dat zijn soort skibaan het verst verwijderd is van echt skiën, maar wel zorgt voor de beste voorbereiding. Zo ben je op een indoorbaan met echte sneeuw in een mum van tijd weer beneden, terwijl de tapijtpiste maar doorgaat. Zo vermoeiend is dat, dat de lesuren worden opgeknipt in drie sessies van tien minuten. Tien minuten klinkt kort, maar is veel langer dan de meeste mensen aan één stuk skiën of boarden in het echt. In de bergen duurt het skiën telkens maar een paar minuten. Tussendoor wordt er uitgepffffft; gekeken naar wat anderen ervan bakken, voor de après-ski gespeurd naar aantrekkelijke 'prospects', of gewoon genoten van het landschap.
Bij de Ski-Inn is het sinds enige tijd mogelijk om met beamers van alles te projecteren op de ondergrond, zoals een te volgen slalomparcours. Leuk!
Hoe vaak moet je trouwens een beweging hebben gedaan om hem echt onder de knie te krijgen? Jeroen geeft geen korting: 10.000 keer. En dan niet spreekwoordelijk. Tienduizend!

Tijd om maar eens te beginnen.




*

Als je alleen je koffie- of bierdrinkbeweging wilt onderhouden ben je ook welkom in de Inn. Een moment om daarbij tegelijk goede skiërs aan het werk te zien is bijvoorbeeld op woensdagen tussen 10.00 en 12.00.

*